We gaan een stukje terug in de tijd, naar het midden van de 13de eeuw. Waarom precies naar die tijd? Omdat in deze tijd Thomas van Aquino leeft en ons onderwerp alles te maken heeft met deze man. Ons onderwerp is een lijvig boekwerk dat Thomas van Aquino in delen tijdens zijn leven produceert. Het is een dik boekwerk dat eeuwenlang het denken, doen en laten gedomineerd heeft binnen de katholieke Kerk en wordt gezien als één van de meest invloedrijke werken van de westerse literatuur.
De Summa Theologiae wordt in het Nederlands vertaald als Hoofdzaak van de theologie. Thomas van Aquino schrijft het nadat hij in Parijs kennis heeft gemaakt met de Duitse filosoof Albertus Magnus en vertrouwd is geraakt met de werken van Aristoteles en anderen. Thomas van Aquino wil een soort van wetenschappelijke onderbouwing aan het Oude en het Nieuwe Testament geven. Hierbij worden alle kritische vragen via logische redenaties weerlegd en daarmee is het geheel een onderbouwing waarom het geloof is wat het is.
De Summa Theologiae heeft lang dienst gedaan als de kern van de geloofsleer en is het basisboek waarop de priesteropleiding is gebouwd.
Paul Spoormans