De opera Carmen gaat over het zigeunermeisje Carmen. Zij is verliefd op stierenvechter Escamillo maar tegelijk op korporaal Don José. Beide mannen zijn ook verliefd op haar. Uiteindelijk kiest Carmen voor de toreador, maar ze wordt neergestoken door de soldaat, dood. Verder is het een vrolijke opera met bekende melodieën: “Toreador, pas op daar komt de stier aan, grijp, grijp, grijp hem bij zijn staart”.
Het dorpsmeisje Michaëla is ook verliefd op de soldaat, maar die soldaat is intussen op het criminele pad geraakt door Carmen. Michaëla weet dat ze haar rivaal Carmen midden in de nacht zal tegenkomen in een gevaarlijk bergachtig gebied. Dan zingt ze:
Ik zeg dat niets me bang maakt
Ik zeg, helaas, dat ik alleen mezelf heb om op terug te vallen, maar ik heb tevergeefs geprobeerd om stoer te zijn.
In mijn hart sterf ik van angst. Alleen op deze gevaarlijke plek Helemaal alleen, ik ben bang.
U zult me moed geven.
U zult me beschermen, Heer.
Ik ga van dichtbij deze vrouw zien.
Haar slechte streken zijn geëindigd door van de man van wie ik houd een crimineel te maken.
Zij is gevaarlijk, zij is mooi, maar ik wil niet bang zijn.
Ik zal vrijuit spreken als ik tegenover haar sta.
Ah, Heer, u zult mij beschermen.
Ah, Ik zeg dat niets me bang zal maken Bescherm me, o Heer.
Bescherm me Heer.
Het lied vind ik bijzonder omdat het een soort psalm is midden in een opera vol verleidingen. De componist Georges Bizet (1838-1875) schetst in zijn muziek een beeld van God als redder in nood, beschermer, iemand die moed geeft. Zoals psalm 130: “Uit de diepte roep ik U Heer, mijn God. Ik heb u nodig, Heer luister”. Dit lied van Bizet is een soort psalm omgeven met “Wein, Weib und Gesang”.
Mijn vrouw houdt van zingen, dus gingen we samen eens naar een klassieke opera in de Nieuwe Kolk in Assen. Ik ben dan altijd benieuwd of ik ergens nog spirituele of religieuze elementen zie. In de muziek is dat vaak lastiger te ontdekken dan in de schilderkunst. Maar soms kun je God dus tegenkomen op onverwachte momenten. Ik ben er niet bang voor.
Willy van Olffen